Het is herfst in 1946.
Zo net na WOII staat lijn 163A er helemaal niet goed voor. Het grootste gedeelte van de lokale leisteen-industrie in de Vallée d’Aisne heeft de voorbije decennia al de deuren moeten sluiten, wat het economisch nut van de lijn al stevig ondermijnde. Nu bij de Duitse aftocht ook nog de Pont de la Blanche (Viaduct de Morépire) opgeblazen werd kan het grootste deel van de lijn niet meer bereden worden.
Endoftheline-Vennbahn by
Bart Aertgeerts, on Flickr
Gare de Muno wordt ondertussen nog wel dagelijks vanuit Frankrijk bediend maar voor het centrale gedeelte betekent dit dat het verkeer teruggelopen is tot het absolute minimum.
Vlak bij het Viaduc de Morépire heeft het mooie stationnetje van Saint-Ivar ook zwaar te lijden gehad onder het terugtrekkende oorlogsgeweld. Van het kleine stationsgebouw zelf blijft niet veel meer overeind. Een deel van de laadkoer is gelukkig nog wel bereikbaar zodat tenminste nog de leisteen van de zieltogende Ardoisière de Saint-Ivar via Frankrijk kan afgezet worden.
Saint-Ivar is het meest oostelijk gelegen dorp ten westen van het gesprongen viaduct. In tegenstelling tot de andere is de leisteengroeve wat hoger op de helling gelegen. Ze beleeft grauwe tijden. De vraag is tanende en buitenlandse concurrentie is groot. Aisne-leisteen is kwalitatief maar duur te ontginnen, de vallei is smal en transport over de weg is erg moeilijk, zeker in de winter.
lingle1920-tunnel by
Bart Aertgeerts, on Flickr
Schermafbeelding 2020-04-06 om 15.10.37 by
Bart Aertgeerts, on Flickr
Direct na de oorlogsbeschadigingen is de lokale infrastructuur zo snel als mogelijk aangepakt om binnen de beperkte ruimte toch nog verder te kunnen werken. In afwachting van een eventueel herstel van het viaduct staat vooralsnog een losse machine ter beschikking om het nodige rangeerwerk tussen Muno en Saint-Ivar te kunnen uitvoeren. Het resultaat is verre van efficiënt, maar het werkt. Min of meer.
Cour-Marchandises1 by
Bart Aertgeerts, on Flickr
Eén of twee keer per week komt er vanuit ons land via Frankrijk nog een korte cabotage-trein met materiaal voor de mijn. Door het overladen met de weekproductie van de groeve en soms wat houtkap voor de kolenmijnen in de Ardeense bekkens wordt het transport per trein zo goed en zo kwaad als mogelijk geoptimaliseerd.
remouchamps_quai_bois by
Bart Aertgeerts, on Flickr
Heel soms houdt een ‘kleine Brossel’ halt aan het geïmproviseerde perron van dit -hopelijk tijdelijke- eindstation, voornamelijk om wekelijks de lokale arbeiders te vervoeren van en naar de grote steenkool- en industriebekkens in Wallonië en het noorden van Frankrijk.
SteunberenMuno by
Bart Aertgeerts, on Flickr
Bijgevoegd wat foto’s om te duiden in welke sfeer ik dit baantje wil ontwikkelen.
Bronnen:
https://www.trekkings.be/L163Avoorstelling.htmhttps://www.garesbelges.be (Guy Demeulder)
https://nl.wikipedia.org/wiki/Spoorlijn_163Ahttps://fr.wikipedia.org/wiki/Ligne_163A_(Infrabel)
https://rail-et-fer-en-gaume160.blogspot.comBELANGRIJK:
Dit kleine baantje is mijn echte herintrede in de modelspoorwereld na een afwezigheid van makkelijk 30 jaar. Ik heb getracht om binnen een historisch Belgisch kader een fictief verhaal te vertellen. Stijlelementen van lijn 163A komen her en der terug.
Het is vooral een technische oefening. Het is de bedoeling om mijn bouwtechnieken op een (veel) hoger niveau te brengen, om in te stappen in de digitale wereld en om op zoek te gaan en te oefenen met allerlei technieken (elektriciteit, scratchbuild, verwering, landschap, sculptamold…).
Verwacht geen snelle vooruitgang van het project. Hiervoor heb ik dikwijls te weinig tijd en een te lang to-do lijstje. Elke vooruitgang zal ik hier grondig voorstellen. Hopelijk kan het sommigen onder jullie toch een beetje boeien.
Ik ben niet alleen op het forum om inspiratie op te doen, maar ook om veel bij te leren. Hebben jullie advies of vinden jullie dat ik de verkeerde kant opga, aarzel niet. Ik kan er enkel uit leren. En andersom: als jullie het goed vinden, dat mag natuurlijk ook.