Bahnhof Attenkirchen in spoor nul

[jacques timmermans]

Het in een ander draadje beschreven spoor nul diorama met een verhoogd laadplat­form, diende louter als voorbode voor de bouw van een klein station (bayerisch Agen­turgebäude) in een landelijke omgeving. Als voorbeeld heb ik het inmiddels afgebroken station Attenkirchen gekozen, dat eens langs het baanvak Langenbach (Oberbayern) En­zelhausen van de Halledauer Lokalbahnen gelegen was. Het railplan is gebaseerd op een origineel plan van de "Deutsche Reichsbahn Gesellschafft" uit 1938, dat ik omwille van een eventueel nog bestaand copyright hertekend heb.

Omdat ik het originele stations plan omwille van de beschikbare ruimte met een maxi­male lengte van een goede zes en een halve meter niet als door­gangsstation, maar als eindstation moest concipiëren, wordt de linker uitrijwissel in richting Thonhausen – Lan­genbach door een kleine segment draaischijf met twee of drie afgaande sporen – een extra spoor voor een eventuele kleine locloods- vervangen. Het sporenplan rond de seg­ment draaischijf is noch niet in het hertekende origineel plan ingewerkt.

Nadat afgelopen zomer de ruimte een nieuw kleurtje had gekregen en de bestaande onderbouw en reeds gebouwde baandelen aangepast werden kon ik aan de slag gaan.
Het gebruikte railmateriaal is van de Duitse kleinserie fabrikant Wenz. Gekozen werd voor een "bayerischer Länderbahn-Oberbau und Rangirweichen mit 1/7 Kreuzung des Schienenprofils Iia" in de spoorgrootte nul. De zeer kort gebouwde wissels hebben een wisselhoek van 8,13° bij een afbuigende voorbeeld radius van 140 m wat in model met ca. 3110 mm overeenkomt. Het Beierse railprofiel Iia komt in model met code 125 rail­profielen met een hoogte van drie millimeter overeen. Onnodig nog te vertellen, dat alle rails en wissels in zelfbouw ontstaan; tot nu toe zijn er een kleine tien meter raisl en een viertal wissels gebouwd.
Hiervoor waren tot nu toe ongeveer een 5000 miniatuur railnagels, gemiddeld zes per biels, nodig waarvoor evenveel 0,6 mm grote gaatjes moesten worden voorgeboord om de nagels zonder krom te slaan te kunnen vernagelen.

De eerste beeldserie toont het nieuw getekend origineel plan en de vooruitgang van de onderbouw en het vernagelen van de railprofielen tot volwaardige sporen en wissels.



















Jacques Timmermans

[Dirky]

ik volg....

[doomslu]

ik volg....

Ik ook. 

[Ronald]

Hiervoor waren tot nu toe ongeveer een 5000 miniatuur railnagels, gemiddeld zes per biels, nodig waarvoor evenveel 0,6 mm grote gaatjes moesten worden voorgeboord om de nagels zonder krom te slaan te kunnen vernagelen.

Klopt Jacques, als de biels cq ondergrond wat harder is wil de microspike er niet zo goed door en klapt dubbel.

Ziet er cool uit, ik blijf dit volgen! Spoor 0 is gewoon mooi, formaat, kracht, ja de sound, hartstikke mooi. Nog even en ik ben geïnfecteerd.....

[jacques timmermans]

Ronald,

Ik weet niet of er voor dit soort van hardnekkige virussen een goed en doeltreffend antiserum bestaat!

Wat de te harde ondergrond betreft heb ik niet goed nagedacht en te overhaast willen beginnen; Zowel Wenz als Hobby-Ecke Schuhmacher, waarmee ik in mijn vroegere jaren een H0 baan gebouwd heb, duiden in hun bouwhandleiding aan om de dwarsliggers eerst op een wat zachtere ondergrond te verlijmen, de profielen te vernagelen en dan tenslotte het geheel op de ondergrond van de modelbaan te monteren!

Jacques Timmermans

[Kris]

Hallo,
Ooit voor iemand eens een malletje gemaakt om spijkertjes voor te boren het was voor Om maar principe is hetzelfde



kris

[Ronald]

Ronald,

Ik weet niet of er voor dit soort van hardnekkige virussen een goed en doeltreffend antiserum bestaat!

Nou.... ik denk (en hoop!) van niet

Zowel Wenz als Hobby-Ecke Schuhmacher, waarmee ik in mijn vroegere jaren een H0 baan gebouwd heb, duiden in hun bouwhandleiding aan om de dwarsliggers eerst op een wat zachtere ondergrond te verlijmen, de profielen te vernagelen en dan tenslotte het geheel op de ondergrond van de modelbaan te monteren!

Ik heb later contact gehad met Ekkehard Wenz en die geeft ook aan dat een zachtere soort zoals Berken beter is. Multiplex zoals uit de bouwmarkt is eigenlijk te hard. Uiteindelijk heb ik niet geluisterd en voor de 0N30 Lake Louisa baan toch het normale Multiplex gebruikt. En dat ging met voorboren redelijk goed. Nu, met de ACW baan schijn ik een plaat gebruikt te hebben die niet zo hard is, nu krijg ik 98% van de nagels (microspikes) er zonder verdere problemen wel in.

[jacques timmermans]

Vervolg van de wisselbouw.





Omdat we hier al in een maatje groter bouwen worden alle cruciale onderdelen apart samengebouwd, wat ook zijn uitwerking op de detaillering heeft: alle onderdelen worden bijna als verkleinde originelen opgebouwd en ook weer­gegeven. Op de eerste foto een overzicht van de vitale onderdelen van een wissel: het hartstuk, de dwangrails, de wisseltongen en de montageplaten voor dito. Op het hartstuk na worden alle onderdelen zelfgebouwd; mits een op­slag kunnen de wisseltongen ook kant en klaar geleverd worden.





Detailaanzicht van de montageplaten voor de wisseltongen en de dwangrails. Bij de gekozen wissles zijn de wissel­tongen als scharnierende tongen uitgevoerd. Dit in tegenstelling tot de meest gebruikte voorbeelden welke in de re­gel verende wisseltongen hebben; daarentegen zijn de meeste modelwissels wel met scharnierende wisseltongen uit­gevoerd!





Nadat de montageplaten voor de wisseltongen gereed zijn worden ze onder de profielen geschoven.





Daarna worden ze met kleine nagels met vierkante kopjes definitief in de betreffende dwarsliggers vast genageld; de railprofielen zelf worden met geëtste spanplaatjes en nageltjes duurzaam vastgezet.





Het hart van de wissel. Enkel de gegoten verbindingsblokken, tussen de dwangrails (L-ijzers) en de railprofielen en tussen de hartpunt en de vleugelrails moeten nog gemonteerd en verlijmd worden waarna het hartstuk volledig gereed is.







Parallelverbinding in wording. Om de sporen van een parallelle spoorverbinding exact uit te lijnen zijn er heel wat profielmallen noodzakelijk. Het voorste spoor is al precies uitgelijnd en vernageld. Bij een parallelafstand van ca. 125 mm bedraagt de afstand tussen de beginnen van de wissels ca. 1300 mm. en dat in spoor nul! Met zulke korte wissels is het toch heel goed mogelijk om op een beperkte lengte een enigszins geloofwaardig en voorbeeldgerecht modelbaanconcept uit te werken.


Jacques Timmermans

[Steam.N]

Man man man, wat een werk !
Het resultaat zal mogen gezien worden 

[jacques timmermans]

Tja Jean,


Zonder veel moeite zul je nooit iets bereiken, en dan tegen wie zeg ik het! Modelbouw op maat kost nu eenmaal moeite en heeft zijn tijd nodig. Als dank heb je iets unieks wat altijd blijft of dit nu gebouwen, railmateriaal of model rijtuigen zijn.

Jacques Timmermans

[jacques timmermans]

Nog een goede 2000 nageltjes en een segment draaischijf te gaan en alle sporen en wissels van Attenkirchen zijn verlegd. Eerst moet ik echter nog een ca. 1,30 m lang stuk van de onderbouw monteren eer ik met het verleggen van de overige sporen en nog een wissel verder kan gaan. De segment draaischijf krijgt, omwille van een enigszins gemakkelijke opbouw aan de werkbank, een aparte onderbouw van hard weefsel of een andere uitzetvrije kunststof.








Jacques Timmermans

[Baureihe 103]

Beste Jacques,

Ik ben onder de indruk van je kunsten ik ga dit draaje volgen.

Groetjes Bert

[evan]

Hoi Jacques,

Succes met je projectje!

Wat ik me nu net afvroeg na het bekijken van je foto's...

Is het een bewuste keuze, maar ik bemaerk geen bedding onder je sporen. 
Natuurlijk als het enkel diorama is, hoeft het niet, maar anders.. heb je geen bang voor klankkast effect?

Groetjes

Evan

[Peter]

Jacques,
Ik blijf vol bewondering je vorderingen aan dit projekt volgen.
Wat betreft je rails en wissels: Proficiat, prachtig gedaan.

[jacques timmermans]

Evan,

Het railbed heb ik bewust weggelaten omdat het een klein stationsemplacement betreft. Op stationsemplacementen liggen alle sporen en wissels sowieso op een gelijke hoogte ten opzichte van het maaiveld en is een verhoogd railbed niet noodzakelijk.
Toegegeven kan ik aan de kant van de toeschouwer enkel maar een vlakke bedoening creëren, maar dat is nu eenmaal mijn bewuste keuze, welke voor het fotograferen nu weer ideaal is.
Het rijgeluid valt nog wel mee en daarbij hebben of worden alle voorhanden zijnde locs sowieso van geluid voorzien, welke dan op zijn beurt het rolgeluid grotendeels overstemmen.

Jacques Timmermans