snoertje over ?

Gestart door Jean, 10 januari 2009, 17:41:42 PM

Jean


Hoe dient de Viessmann Lichtsperrsignal 4018 aangesloten te worden op de Littfinski LSdecDB is de concrete vraag.

Na het doornemen van beide instructies is me onduidelijk waar ik met de derde draad naar toe moet.

Zie de onderstaande foto, waarbij ik aanneem dat de rode aansluiting correspondeert met het rode seinlicht en het gele snoertje met het witte seinlicht. Waar moet de zwarte aansluiting naar toe ?

imghttp://i73.photobucket.com/albums/i203/Jean_Hoogstad/Baan/VM4018LDT.jpg/img

http://i73.photobucket.com/albums/i203/Jean_Hoogstad/Baan/VM4018LDT.jpg


Ben benieuwd
Jean      

PeterC

Jean, het zwarte snoertje (met de diode) is de gemeenschappelijke aansluiting van de led's en moet dus op een gemeenschappelijke aansluiting aangesloten worden.  Hoe dat zit bij die decoder weet ik niet, raadpleeg je handleiding even.
Groetjes, Peter


Klaas Zondervan

De draad met de diode moet aan de +5V aansluiting. Dat is de tweede klem van boven op de foto. Staat toch vrij duidelijk in de handleiding.

PeterC

citaat:
Geplaatst door Klaas Zondervan

De draad met de diode moet aan de +5V aansluiting. Dat is de tweede klem van boven op de foto. Staat toch vrij duidelijk in de handleiding.


Ik vermoed dat het sein niet al te veel licht zal geven op 5V.  De Viessmann seinen zijn gemaakt voor 14-16V (daarom ook een weerstand van 1K2).
Groetjes, Peter


Klaas Zondervan

Wel, dan lezen we even verder in de handleiding. Daar staat dat voor de zekerheid op de print van de decoder al voorweestanden van 330 ohm zijn geplaatst. Die zorgen voor een ledstroom van ca. 10 mA.
Dus de weerstanden die aan de seindraden zitten kun je wegknippen, of vervangen door een waarde die de gewenste lichtsterkte geeft.
Het is dus allemaal niet zo moeilijk, maar je moet wel de moeite nemen om de hele handleiding te lezen.

Jean

Ik had het aanvankelijk niet zien staan, maar het is idd. wel in de instructie opgenomen.

De boel werkt overigens prima, vreemd is wel dat het (tot nu toe) niet is gelukt 4 opeenvolgende nummers te programmeren bij deze LDT LSdecDB.
De linker rij (voor 4 seinbeelden) heeft de nummers 49 en 50 en de rechter rij (ook 4 seinbeelden), 53 en 54.

Het ingeven van '52' bij de rechter rij wordt niet geaccepteerd [?]

Groet,
Jean





INFO

Klopt want 52 maakt deel uit van dezelfde reeks waar ook 49 en 50 toebehoren

1..4
5..8
9..12
13..16
17..20
21..24
25..28
29..32
33..36
37..40
41..44
45..48
49..52
53..56
57..60 enz.. t/m 2048

Alleen de waarheid ligt in het midden.

Jean


Dat punt is helder.
Bij de componenten die ik tot nu toe onderhanden heb gehad, worden 4 opeenvolgende adressen in de door Wim genoemde groepen ineens gezet (geprogrammeerd) E?n nummer uit de groep (het eerste) wordt in de programmeermodus ingetoetst en de andere 3 opeenvolgende adressen zetten zich automatisch.  

Bij deze LDT werkt het kennelijk anders. Hier dient eerst de linker aansluitrij te programmeert te worden en aansluitend de rechter aansluitrij.

Aangezien deze LDT component geschikt is voor bijvoorbeeld 4 dekkingsseinen (4x SH0 (rood) en 4xSH1 (wit)), die verdeeld zijn over twee aansluitrijen, worden per rij slechts 2 van de 4 adressen in de range 49-52 gebruikt. (49 en 50 worden gezet en gebruikt; 51 en 52 niet)

Voor de rechter rij moet nl. weer een nieuwe groep van 4 worden aangesproken/gebruikt. Voor de deze rij is de groep 53-54-55-56 aangesproken, waar bij ook hier de laatste twee ongebruikt blijven.  

Dat niet alle 4 adressen uit de range met deze LDT kunnen worden gezet/aangesproken is niet ernstig, maar enige verwondering is er bij mij wel.


Jean

INFO

Jean, dit staat er over geschreven in de handleiding, komt helemaal overeen met hetgeen ik je in bovenstaand schema heb laten zien.

citaat:
Opmerking: De decoderadressen voor magneetartikelen,
waarover ook de seinbeelden geschakeld kunnen worden, zijn in
groepen van vier samengesteld. De adressen 1 t/m 4 vormen de
eerste groep, de adressen 5 t/m 8 de tweede enz. Iedere decoder
LS-DEC kan per klemmenstrook naar eigen inzicht aan een groep
toegewezen worden. Welke van de acht (rood- of groen) mogelijke
toetsen uit een groep u bedient, speelt hierbij geen rol. De decoder
slaat altijd de complete toetsengroep op.
? Heeft de decoder het adres begrepen, dan beantwoordt hij de
toewijzing indien de lichtdioden iets sneller gaan knipperen.
Aansluitend gaan zij weer knipperen in een langzamer ritme van 1,5
seconde.
Indien de decoder het adres niet wil inleren, kan dit eventueel
daaraan liggen, dat de beide aansluitingen voor de
digitaalinformatie (KL2) verwisseld zijn. Om dit te testen, schakelt u
de voedingsspanning uit, verwisseld u de aansluitingen aan KL2 en
start u het inleren opnieuw.
? Druk opnieuw op de programmeertoets S1. Nu knipperen ten
minste twee lichtdioden van een sein aan de rechter
klemmenstrook. Programmeer ook hier een (andere) adresgroep,
zoals hiervoor werd beschreven.
? Druk aansluitend voor de derde keer op programmeertoets S1,
om de programmeermodus te verlaten. Alle seinen worden
automatisch op stop (rood) geschakeld.



Dus gewoon in groepen van 4
Alleen de waarheid ligt in het midden.

Jean



De uitleg/verklaring voor 2 ranges van 4, ofwel 8 adressen voor ??n LDT lichtseindecoder is gevonden.


Zie hieronder;

Er kunnen ten hoogste 4 seinen op de lichtsein-decoder aangesloten worden. Twee stuks op elke 11-polige klemmenlijst. De beide klemmenlijsten zijn identiek opgebouwd, zodat de aansluitvoorbeelden,
wanneer deze van ??n decoderzijde getoont worden, evenzo voor de andere decoderzijde gelden.

Aan ieder decoderadres kunnen 2 seinstanden toegewezen worden, omdat het mogelijk is, een wissel of
een armsein middels ??n adres in twee posities te brengen. Omdat de lichtsein-decoder per klemmenlijst maximaal 7 seinstanden kan verwerken, zijn per klemmenlijst 4 decoderadressen vereist. Dit zijn dan 8 instelmogelijkheden. De achtste mogelijkheid wordt gebruikt voor de donkertoets-omschakeling. Een compleet aangesloten lichtsein-decoder benodigt dus 8 decoderadressen, ofwel 4 per klemmenlijst.

Groeten,
Jean