Nieuws:

Nu in MSM 244 BAAN: Boulevard du Fort

Hoofdmenu

De Familie V160 DB laatste deel

Gestart door Bundesbahnfreak, 03 oktober 2007, 14:28:00 PM

Bundesbahnfreak

De familie V160 (deel 3)

1 de BR 215

Door het toenemende aantal stomers die buiten dienst gesteld werd en het grote aanbod van vooroorlogse rijtuigen met stoomverwarming kwam een nood aan locs met stoomverwarming.  Men greep op het ontwerp van de BR 216 terug en bestelde 10 protoloks die in 1968 op de baan kwamen.  Deze locs kregen de beproefde motor van 1900 pk die reeds in de BR 216 stak.  Sommige van deze 10 kregen eveneens motoren op proef van 2150 of zelfs 2500 pk.
Vanaf 215 005 werd een hydraulische rem in de transmissie ingebouwd waardoor de maximum snelheid naar 140 km/u kon opgetrokken worden.
Wat is een hydraulische rem: het principe is hetzelfde als een hydraulische koppelaar die eveneens in de transmissie steekt voor de tractie.  Een koppelaar kan je vergelijken met 2 schoepenraderen die in een omhulsel steken, 1 schoepenrad wordt door de motor aangedreven en wordt pomp genoemd, de andere drijft de volgende trap (wielen) aan en wordt turbine genoemd.  Door het toevoegen van olie wordt door de middelpuntvliedende kracht  de turbine meegenomen door de pomp.  Bij een hydraulische rem werkt het iets anders, de pomp wordt aangedreven door de wielen en de turbine is vastgegoten in de behuizing van de transmissie, hierdoor wordt met het vullen van de olie een remmend koppel ontwikkeld.  Een bijkomend gevolg is dat de transmissie olie geweldig warm wordt en via bijkomende warmtewisselaars gekoeld moet worden.
De loks werden ontworpen met de gedachte om ooit electrische verwarming in te bouwen, daardoor kregen ze ook een langere kast zoals de BR 217 en 219.
Bij de BR 216 lag de motor en de transmissie niet in de middenlijn van de lok zodat maar 1 zijgang in de machinekamer was. Bij de 215 (eveneens bij de 217-219) werd deze installatie op de de middenlijn geplaatst zodat 2 zijgangen mogelijk waren.

Vanaf 1969 komen de serie 215 op de baan met maar lichte verschillen tov de prototypes.  De locs werden genummerd van 215 011 tot 215 150. sommige kregen een motor van 2500 pk!
215 030 tot 215 032 kregen vanuit de fabriek reeds een elektrische verwarming doch het bleef bij deze locs beperkt.  Deze electrische verwarming bestond uit een extra dieselmotor met een alternator, doch in tegenstelling tot de BR 217 kon hier dit vermogen niet voor (extra) tractie gebruikt worden.

Je kan een 215 gerust op een Belgische baan laten bollen; de locs 215 023-029 kregen het Belgische Memor systeem en reden over Montzen tot Antwerpen, op het laatste (tot 2005) reden ze van Ford Genk naar Aachen-West en dit met een Belgische machinist.

Foto van een 215 te TW Hasselt

urlhttp://railpix.bueker.net/20712.html/url


Na de oprichting van de DB-AG werden in 2003 de locs gekocht door de goederenpoot van de DB. Hierdoor verloren ze hun verwarmingsketel en kregen een kleinere in de plaats die voor voorverwarming dient.  Hierdoor kregen ze een nieuw nummer BR 225.  16 stuks gingen naar DB Autozug voor de diensten met autotreinen met de ?SyltShuttle? van Niebull naar Westerland, deze kregen hiervoor het nummer 215.9

Kleurstelling, idem zoals 216 en 217.
Verschillen met 216
-   langere kast
-   andere opstelling roosters en vensters in wand
-   ?

Modellen : Roco heeft al zeer lang een model van dit loctype in zijn programma, is misschien wat gedateerd maar kan volgens mijn bescheiden mening nog wel mee.

Foto's en links => Railpix van Werner Consten
urlhttp://railpix.bueker.net/bilder_d2_215.html/url

2 de BR 218

In 1968 komt er een dieselmotor op de markt van 2500 pk, dit is genoeg om zowel de tractie als de verwarming door 1 motor te laten doen, integenstelling  tot de BR 217 met in totaal 28 cilinders.  Het verschijnen van deze motor is eveneens de reden de dat de BR 217 niet in grote serie gebouwd wordt.
In ?68 komen 12 proto?s op de baan die 218 001-012 genummerd worden. De loks worden voorzien tot 130 km/u
Het principe van alternator en electronica voor de verwarming wordt overgenomen van de BR 217.
Vanaf 1971 komen de serielocs op de baan, deze worden genummerd van 218 101 ? 499.  Een eerste opvallend versschil met de proto?s en de andere leden van de familie is de brandstoftank, deze is kleiner en er zit een luchtreservoir tussen.
Door een versterkte hydraulische rem is de maximum snelheid opgetrokken van 130 naar 140 km/u.  Deze loks zijn in gans Duitsland te zien en doen de tractie voor zowel goederen als reizigers en dit laatste zowel voor boemel als voor sneltreinen.
Sommige locs kregen zelfs een motor tot 2800 pk.
In de jaren 80 kregen de loks een schouw op hun dak die de uitlaatrook van de bovenleiding moest leiden en die er eveneens voor zorgde dat geen rook in geopende vensters van de rijtuigen kwam.  Sommige van de BR 215 kregen deze schouwen ook maar dit waren de locs die uitgerust waren met een motor van 2500 pk.

Verschillen met de BR 216
-   Langere kast
-   Andere brandstoftank met 1 vulmonding per kant en extra luchtreservoirs
-   Andere volgorde roosters en vensters in zijwand
-   Strikske (schouw) op zijn dak
-   Kabel voor verwarming op bufferbalk
-   ?

Kleurstellingen

De eerste werden in het klassieke rood geleverd, 218 217 kreeg bij wijze van proef de TEE kleurstelling (deze reed daar tot over een paar jaren mee rond) de 218 218 kreeg de nieuwe kleurstelling Beige-Blauw , de volgende werden terug in het rood geleverd tot de DB besliste om de beige-blauwe kleur als hun nieuwe huisstijl te nemen.
Latere leveringen van de 218 kregen in de fabriek dadelijk deze nieuwe kleurstelling.

In de jaren ?80 kwam de DB met het City-Bahn project op de proppen, men wou het materiaal op de zijlijnen opwaarderen en daardoor werden en stam ?Silberlinge? gemoderniseerd en in een nieuwe ?S-Bahn? achtige kleur grijs-oranje gespoten.  Men koos een handvol 218 uit en deze kregen eveneens deze kleuren.
Deze City-Bahn reed tussen Keulen en Gummersbach.  Later kregen de 218 de nieuwe kleuren rood met witte driehoek op de snuit; en na de oprichting van de DB AG in 1994 werd weer een nieuwe huisstijl ontwikkeld waarna ze in het rood-grijs rondbollen.
Eveneens is te vermelden dat er 2 stuks rondreden in de ?Touristik? kleuren (zie mijn bijdrage over de BR 103)

Modellen

Trix heeft ooit een model van het prototype uitgebracht.

Fleischmann heeft in de jaren ?80 een mooi model uitgebracht van de serieversie.
Aangezien de BR 218 een grote reeks is, zijn er verschillen aan de koelgroepen en de draaistellen, Fleischmann heeft deze verschillen uitgewerkt, hierdoor kan je verschillende 218?s laten rijden die toch niet heel hetzelfde zijn

Piko heeft een hobbymodel van deze loc in zijn gamma, deze is niet zo afgewerkt als de Fleischmanns maar de prijs is ook veel minder

Foto's en Links Railpix van Werner Consten
urlhttp://railpix.bueker.net/bilder_d2_218.html/url

3 De BR 210

Eind jaren ?60 kwam de nood aan een diesel die tot 160 km/u kon rijden en electrische verwarming kon geven. Dit was voor een motor van 2500 pk een beetje veel en men greep terug naar het concept van de BR 219 terug nl; een booster onder de vorm van een gasturbine.  
Deze gasturbine vond men onder de vorm van de helicoptermotor van AVCO-Lycoming van 1150 pk.  Het concept was zo opgesteld dat tijdens het vertek de gasturbine gezamenlijk met de dieselmotor werkte, vanaf een zekere snelheid schakelt de turbine uit.
In 1970 worden 8 locs losgelaten die genummerd waren van 210 001-210 008.  Na een tijd werd boven de gasturbine een speciale uitlaat gemonteerd, dit om geen neerslag van rook bij de reizigers te hebben.
Einde jaren ?70 begon de miserie, branden aan de gasturbine waardoor ze stilgelegd worden.  Vanaf 1981 zijn ze allemaal uitgebouwd en wordt de ganse reeks omgenummerd naar reeks 218.9 en omgestationeerd van Kempten (waar ze op de Alg?ulijn reden) naar Braunschweig, waar ze in goederendienst komen.  
De oorspronkelijke rode kleur krijgt ook alle kleurstelling die de andere types gekregen hebben.
Mometeel zijn ze uit dienst genomen, of er ??ntje voor museum gehouden is weet ik niet.

Model

Mehano heeft een hobby model van de rode 210

Links en foto's => Railpix van Werner Consten
urlhttp://railpix.bueker.net/bilder_d2_210.html/url


Groeten

Rudy